Uitgeverij Nobelman
  • Nieuws
  • Auteurs
    • Vertalers
  • Boeken
  • Boektrailers
  • Catalogus
  • Webshop
  • Contact | stage
    • Boekhandel en pers
    • Manuscript
    • Stageplaats
  • Nieuws
  • Auteurs
    • Vertalers
  • Boeken
  • Boektrailers
  • Catalogus
  • Webshop
  • Contact | stage
    • Boekhandel en pers
    • Manuscript
    • Stageplaats

Ilmar Taska 
​Pobeda 1946

​​Verraden door je eigen zoontje
Recensie NRC door  Michel Krielaars

Ilmar Taska In zijn onlangs vertaalde roman zet deze Estse schrijver indringend neer hoe subtiel en gemeen het totalitaire Sovjet-regime een heel gezin weet te vernietigen.

Als je in de Sovjet-Unie in de tweede helft van de jaren veertig van een auto droomde, dan was het van een GAZ M20 Pobeda. De lange motorkap, de geprononceerde koplampen, de agressieve aluminium grill en de kattenrug deden sterk aan Amerikaanse sleeën denken.
Een Pobeda (Russisch voor ‘Overwinning’) was voor weinigen weggelegd. Vooral hoge partijfunctionarissen reden erin. De Estse schrijver en filmregisseur Ilmar Taska (Kirov, 1953) gebruikt de limousine in zijn roman Pobeda 1946 behalve als een symbool van de repressieve Sovjet-macht ook als lokmiddel van een officier van Stalins geheime politie, die kort na de Tweede Wereldoorlog in de Estse hoofdstad Tallinn op politieke tegenstanders jaagt. Het heeft een bijzondere roman opgeleverd, die sterk doet denken aan het werk van de Estse schrijver Jaan Kross (1920-2007).

Na twintig jaar onafhankelijkheid werd Estland in 1939 opnieuw ingelijfd door zijn vroegere Russische overheerser. Meteen begon Stalin de Estse bevolking naar Siberië te deporteren. Maar zijn plannen werden verstoord door de Duitse inval van 1941. De nazi’s waren echter nog niet verslagen of Stalin zette zijn herhuisvestingspolitiek voort. De gedeporteerde Esten werden vervangen door etnische Russen en leden van minderheden uit andere delen van de Sovjet-Unie, zoals Kirgiezen en Tataren. Ook Taska komt uit zo’n naar Siberië gedeporteerd gezin.

Dichte gordijnen
Hoofdpersoon in deze beklemmende en knap opgebouwde roman is een zesjarige jongen. Net zoals zijn vader en moeder heeft hij geen naam. Met zijn drieën wonen ze in een huis in Tallinn. De gordijnen zijn er altijd dicht, omdat de vader, een Estse vrijheidsstrijder, zich schuilhoudt voor Stalins geheime politie.
Aan alles merk je dat de ouders van de jongen door de oorlog en de Sovjet-terreur afgemat zijn. Liefde en warmte kunnen ze hun zoontje niet geven, wat Taska heel goed weet weer te geven. Als de jongen op een dag buiten, gezeten op een houtstapel, buschauffeurtje speelt, stopt er een Pobeda in de straat. Hij veert op en gaat naar de blinkende auto toe. De aardige bestuurder, een in burger geklede officier van de geheime politie, die evenmin een naam heeft, draait het raam open. Hij begint een praatje en vraagt de jongen of hij wil instappen. Die grijpt zijn kans en voelt zich een koning te rijk. Hij mag zelfs even sturen.
Als de man hem vraagt of zijn vader ook een auto heeft, zegt de jongen dat zijn vader nooit buiten komt. En daarmee verraadt hij hem.
Bij hun afscheid moet de jongen beloven met niemand over hun ontmoeting te praten. De jongen koestert zijn geheim, al zou hij het liefst zijn ouders over zijn avontuur willen vertellen. Maar omdat hij zijn nieuwe vriend veel leuker vindt dan zijn sombere vader, zwijgt hij.
Als de jongen de volgende dag weer mee mag in de Pobeda, wordt zijn vader gearresteerd. De man van de Pobeda dringt zich vervolgens slinks op aan zijn moeder. Ze zwicht voor de knappe, goedgeklede man, die haar met zijn cadeaus en charme al haar ellende doet vergeten.
Als ze met zijn drieën een autoritje maken, denkt ze cynisch: ‘Wat veranderen de dingen toch snel en wat zijn we toch makkelijk vervangbaar.’
Taska geeft het verraad hiermee een dubbele laag, die de rest van zijn roman zal bepalen. Niet alleen laat hij zien hoe een zuiver kind geleidelijk aan wordt meegesleurd in de ondergang van zijn ouders, maar ook legt hij de morele corruptie bloot die ermee gepaard gaat.
Het surrogaatgeluk van de moeder wordt wreed verstoord als haar zoontje zich verspreekt en ze beseft dat ze haar man met zijn beul bedriegt. Opnieuw levert het een geweldige scène over verraad en loyaliteit op.
Samen met de jongen vlucht de moeder nu naar haar halfzus Johanna, een operazangeres die in de verleden tijd van haar vooroorlogse triomfen leeft en zich zo weinig mogelijk van de nieuwe machthebbers probeert aan te trekken.
De lotgevallen van Johanna vormen de tweede verhaallijn in de roman, die veel lichter is en daardoor hoop biedt op een uitweg uit alle ellende. Voor de oorlog had Johanna verkering met een BBC-presentator, die haar nu uit Estland probeert weg te halen. Ze corresponderen met elkaar, maar hun brieven vallen in handen van de geheime politie, die vermoedt dat Johanna een Britse spion is.

​ Kindertehuis
De jongen voelt zich opgesloten bij zijn tante. Hij loopt weg en gaat naar zijn vriend van de Pobeda, die hem naar een kindertehuis brengt. Als de man vervolgens zijn moeder te pakken krijgt, probeert hij haar in ruil voor het terughalen van haar zoon over te halen om zijn informant te worden.

Een subtiel kat-en-muisspel volgt, waarin de personages steeds meer psychologische diepgang krijgen. De jongen belandt in een opvoedingskamp in Siberië. Zijn moeder wordt tijdens een verhoor door de geheime politie per ongeluk doodgemarteld.
Het verhaal helt nu over naar Johanna en haar Britse vriend Alan, die naar Moskou komt om met haar te trouwen. Eerder heeft Johanna tijdens een concert voor de nieuwe machthebbers aangepapt met de generaal, die de baas is van de geheime politie in Estland. Ze pakt hem in met haar vertolking van Tsjaikovski’s Tatjana-aria en vraagt hem ervoor te zorgen dat haar neefje terug naar Tallinn mag keren. Weer met hem verenigd probeert ze de jongen duidelijk te maken dat de man van de Pobeda zijn ouders in het verderf heeft gestort. Maar de jongen wil het niet begrijpen. Het veroorzaakte leed is te groot om te bevatten. Door de manier waarop Taska die ontkenning door het ventje neerzet laat hij heel goed zien hoe een totalitair systeem zelfs het kleinste individu weet te vernietigen.

Novitsjok
Als uiteindelijk ook de man van de Pobeda door de generaal uit zijn functie wordt gezet en zijn privileges verliest, besef je ineens waarom Johanna en Alan wel namen hebben en de andere hoofdpersonages niet. Door vast te houden aan hun eigen koers en opvattingen weigeren beide geliefden namelijk om hun individualiteit op te geven. Ze blijven zichzelf en voegen zich niet naar het communistische systeem waarin voor het individu geen plaats is.
Uiteindelijk verkrijgt Johanna haar vrijheid door de generaal van de geheime politie op een heel gewiekste manier te chanteren. Dat die generaal aanvankelijk nog een op novitsjok gelijkend gif wil inzetten om haar te vermoorden is een aardige vondst, die aan de recente aanslag op de Russische oppositieleider Navalny doet denken.
Of ook de jongen zijn vrijheid verkrijgt, is ongewis. Hij is te beschadigd door het onheil dat hij heeft veroorzaakt en wil proberen goed te maken wat hij onbewust heeft vernietigd.
Aangrijpend is de manier waarop Taska het ongeloof van de jongen over zijn daden beschrijft. Op zo’n moment besef je dat de Stalin-terreur zo subtiel en gemeen was, dat zelfs haar slachtoffers niet konden geloven hoe wreed en onverschillig de uitvoerders ervan konden zijn. En juist dat verfijnde sadisme zet Taska heel knap neer.

Ilmar Taska: Pobeda 1946. Vert. Frans van Nes. Nobelman, 300 blz.
hardcover met stofomslag € 24,95
softcover €22,95
●●●● ●
Your browser does not support viewing this document. Click here to download the document.

Recensie
Ilmar Taska – Pobeda 1946
Estlands trauma door de ogen van een kind

Foto


Literair Nederland
​
​Recensie door Huub Bartman

FotoPobeda 1946, hardcover Vert: Frans van Nes
De Baltische staten werden in augustus 1939 middels een beruchte, geheime clausule in het niet-aanvalsverdrag tussen Hitler en Stalin, geannexeerd door Stalin. Dit leidde tot verzet onder de bevolking van die landen. Stalin’s plan om de hele bevolking van Estland op transport te zetten naar Siberië werd door de snelle opeenvolging van de gebeurtenissen in de internationale politiek in die tijd niet tot uitvoering gebracht. Als na de oorlog het IJzeren Gordijn definitief een feit wordt, voert Stalin alsnog een actieve herhuisvestingspolitiek. Estlanders die verdacht worden van nationalistische sympathieën worden afgevoerd naar kampen in Siberië en hun huizen worden ingenomen door families van nationale minderheden elders in de Sovjet-Unie. Tegen deze achtergrond speelt zich het verhaal af dat Ilmar Taska beschrijft in zijn boek Pobeda 1946. 

De buschauffeur 
​

De hoofdpersoon is een zesjarige jongen. Hij verlangt naar liefde en aanhankelijkheid, dingen die zijn ouders hem nauwelijks kunnen geven. Zij leven in het verborgene, achter gesloten gordijnen. De vader heeft een rol gespeeld in het verzet en gevochten voor onafhankelijkheid van Estland. Officieel is hij dood-verklaard. De moeder heeft haar handen vol aan het draaiende houden van het huishouden en de jongen is een onbeschreven blad. Hij speelt op straat en droomt ervan buschauffeur te worden. Als hij op een gegeven moment een prachtige, nieuwe auto in het vizier krijgt, kijkt hij zijn ogen uit. Een Pobeda! Een Russische auto afgeleid van de modellen van Ford en General Motors. De chauffeur, werkzaam voor de Russische geheime dienst, ziet de reactie van de jongen en grijpt zijn kans om hem voor zich in te nemen. Door hem achter het stuur te zetten, laat hij diens droom in vervulling gaan en door geheime afspraakjes met hem te maken komt hij tegemoet aan zijn verlangen naar avontuur. De daarop volgende regelmatige autoritjes brengen de chauffeur op vertrouwelijke voet met de jongen. Hij geeft hem de warmte en vriendschap die hij thuis ontbeert.

Geheime dienst

De jongen wordt als was in zijn handen en een bruikbaar instrument voor de uitvoering van zijn plannen. Ongewild zet de jongen de man op het spoor van zijn vader. Als deze door een Zwarte Raaf – de bijnaam voor een arrestatiewagen van de geheime dienst – is opgehaald en zijn moeder overspoeld wordt door verdriet, komt de man haar troost bieden. Via haar komt hij op het spoor van haar oudere zus, Johanna. Als zij uiteindelijk op de vlucht slaat voor de man in de Pobeda vertrouwt zij haar zoontje toe aan de zorgen van haar zus,Johanna. Zij is operazangeres en leeft in het verleden, in de sprookjeswereld van glitter en glamour van voor de oorlog, toen zij nog haar aria’s kon zingen in de opera van Tallinn. Als blijkt dat zij contact onderhoudt met een nieuwslezer van de BBC, met wie zij voor de oorlog duetten heeft gezongen en op wie zij verliefd is, krijgt de onderneming een steeds zwaardere politieke lading met alle gevolgen van dien. Langzamerhand vallen bij ieder afzonderlijk de schellen van de ogen bij het zien van de werkelijkheid. De moeder voelt zich misbruikt en leeft in angst om haar man. Wat is er van hem geworden? Om haar zoontje. Wat gaan ze met hem doen?
Voor tante Johanna gelden vergelijkbare angsten. Kan zij nog wegkomen uit de klauwen van de geheime dienst en van het vreugdeloze communistische systeem? Angst voor de jongen. Kan zij de verantwoordelijkheid dragen voor het kind, als de moeder spoorloos verdwenen lijkt? De jongen zelf tenslotte worstelt ook met tal van vragen. Wie kan hij vertrouwen? Zijn ‘vriend’ in de Pobeda? Zijn tante Johanna? Zijn vader en moeder? Waar zijn zij?
​

What’s in a name?

Ilmar Taska heeft een boek geschreven dat je ademloos leest. De spanning wordt prachtig opgebouwd met een filmische directheid. Hier verraadt Taska zijn eigenlijke stiel van scenarioschrijver en filmmaker. Die is af te lezen aan de opbouw en vormgeving van het verhaal. De verwikkelingen waarmee de hoofdrolspelers geconfronteerd worden volgen elkaar in korte scènes en in hoog tempo op zonder dat dit ten koste gaat van de psychologische en filosofische diepgang. De hoofdrolspelers zijn anoniem, hebben geen naam. Als zelfs de man in de Pobeda geslachtofferd wordt door zijn superieuren, blijkt wel dat iedereen slachtoffer is van een systeem dat gebaseerd is op vernietiging van het individu, op vernietiging van het kritisch en onafhankelijk kijken en denken. De een bezwijkt in een concentratiekamp in Siberië, de ander in een martelkamer van de geheime dienst en de laatste verliest zichzelf door zich aan te passen aan het systeem.
Als de jongen ziet dat er een Zwarte Raaf bij hem thuis voor de deur staat en dat zijn vader daarin wegrijdt, zegt ‘zijn vriend’ in de Pobeda: ‘Buschauffeur, let op de weg, recht voor je uit kijken!‘ Met andere woorden: alleen daarnaar kijken waar het systeem wil dat je naar kijkt, nooit opzij of achterom. Alleen tante Johanna weet zich aan het systeem te ontworstelen. Zij durft wel haar eigen weg te gaan en naar die dingen te kijken die zij zelf wil. Haar geloof in de schoonheid en de scheppingskracht van het individu geven haar een naam. Zij kan dan ook niet blijven. Hierin schuilt de tragiek van het kind. Hij kan niet weg en moet blijven. Hij zal zijn weg moeten vinden binnen het systeem en dat kan alleen maar door ‘op de weg te letten en recht voor zich uit te kijken‘. Precies zoals hij geleerd heeft van ‘zijn vriend’ in de Pobeda.




​Pobeda 1946 / Ilmar Taska
Biblion Recensent: Jan Vijver

 ​Pobeda 1946 / Ilmar Taska; vertaald [uit het Estisch] door Frans van Nes. - Groningen : Uitgeverij Nobelman, 2020. - 293 pagina's ; 22 cm. Hardcover.
​
 In 1946 verstevigt Stalin zijn wurgende greep op de landen die ingenomen zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog. Overal waakt de geheime dienst. Iedereen kan plots worden opgepakt en voorgoed verdwijnen. Een geheim agent verleidt een klein jongetje om zijn ouders te verraden. Het jongetje komt na veel omzwervingen onder de vleugels van zijn tante. Langzaam dringt het tot hem door hoe hij is gemanipuleerd. De schrijver is de oprichter van het eerste commerciële tv-station in Estland. Met dit boek, dat al in tien verschillende talen is vertaald, geeft hij een kijkje achter het ijzeren gordijn; een onmenselijke wereld vol angst, chantage en verraad. Deze sfeer brengt hij goed over en grijpt de lezer bij de keel. De titel verwijst naar een door de communisten geproduceerde auto waar alleen de bevoorrechten in mochten rijden. Er komen steeds meer films, series en boeken over het leven in de Sovjet-Unie. Dit boek is nog meedogenlozer dan de serie 'Weissensee' en een aanrader voor iedereen die geïnteresseerd is in deze inktzwarte periode.   Historische roman die ook weer heel actueel is, gezien de gebeurtenissen in het communistische China.

​RECENSIE in De Standaard, 18 juli 2020.

Kinderspel bij het IJzeren Gordijn
Ilmar Taska vertelt hoe de KGB kinderen inzette als spion en schreef een lichtvoetige roman over een tragisch onderwerp.

Door  Karen Billiet

De Pobeda werd voorgesteld op 9 mei 1945, de dag waarop nazi-Duitsland zich overgaf aan de Sovjet-Unie. De eerste Sovjet-Russische auto belichaamde de betere tijden die op komst waren. Gestroomlijnd, comfortabel en met technische snufjes stak hij de Amerikaanse voorbeelden naar de kroon.

In de roman Pobeda 1946 van de Est Ilmar Taska krijgt de auto een sinistere rol. Het boek speelt zich af in Talinn in 1946, een periode waarin de Baltische landen geannexeerd worden door de Sovjet-Unie. Met een gloednieuwe Pobeda wint een geheim agent van de Sovjets het vertrouwen van een zesjarige jongen. Die vrolijke meneer in zijn beige slee boezemt hem zoveel vertrouwen in dat hij zijn grootste geheim verklapt: zijn vader leeft ondergedoken. Als verzetsman streed hij voor de onafhankelijkheid van Estland.
In wat hem wordt voorgespiegeld als een spannend spel bespioneert de jongen eerst zijn moeder en vervolgens zijn tante Johanna voor de staatsveiligheid. Johanna is operazangeres en loopt in de kijker door haar correspondentie met BBC-nieuwslezer Alan. Terwijl het IJzeren Gordijn over Europa neerdaalt, doet Alan verwoede pogingen om haar te helpen ontsnappen.

Filmisch
Taska vertelt het verhaal vol tragische wendingen op lichtvoetige toon. De onschuldige kinderogen contrasteren met de complexe situatie waarin de volwassenen zich bevinden. Meer dan eens waagt hij een komische noot, zonder dat het smakeloos wordt. Op een bepaald moment verzet Johanna zich tegen de inkwartiering van arbeidsmigranten in haar woning. Niemand zal haar dagelijkse stemoefeningen kunnen verdragen, beweert ze. Waarop een ambtenaar droogjes antwoordt: ‘De Sovjetmens kan zware ontberingen aan.’
Het schrijven van romans is een late roeping voor Taska, die 67 is. Hij had er al een carrière in de filmwereld opzitten. Dat verleden laat zich voelen in zijn schrijfstijl. Hij vertelt het verhaal rechttoe rechtaan, met snel wisselende scènes en camerastandpunten. Hij zet maximaal in op sfeerschepping. De Londense straten waarin Alan zich voortbeweegt hangen vol mist, en mannen spreken er elkaar aan als ‘old chap’.

Taska verkent ook de innerlijke wereld van zijn personages met goedgemikte beelden. Zo heeft iemand een hoofd vol koortsachtige gedachten, die rondkruipen als mieren. Moskou voelt als een stad waarin angst een bestanddeel van de zuurstof is.

Een enkele keer legt Taska te nadrukkelijk de link met vandaag. Dat een KGB-agent in 1946 droomt van een toekomst waarin kinderen hun geheimen aan kleine beeldschermen toevertrouwen, ligt er vingerdik op. Niettemin is Pobeda 1946 een sfeervol en toegankelijk boek, dat de nationale trauma’s van Estland blootlegt.
 
ILMAR TASKA

Pobeda 1946
Vertaald door Frans van Nes, Nobelman, 298 blz., 24,95 €


Foto
1946. Het ijzeren gordijn verdeelt Europa. Estland is een westelijke provincie van de Sovjet Unie geworden. De ogen en oren van de geheime dienst zijn overal aanwezig. Een zesjarige jongen is zich daar niet van bewust als hij in de fascinerende, nieuwe Pobeda stapt. Zo valt hij in de handen van de geheime dienst en wordt genadeloos gemanipuleerd. In zijn naïviteit verraadt hij zijn vader die in het verzet zit. Als zijn moeder dan ook nog verdwijnt is hij in het totalitaire systeem helemaal op zichzelf aangewezen. 

Pobeda 1946 | Nederlands | Hardcover | ISBN 9789491737619 | 298 pagina´s 

Foto
​De GAZ M20 Pobeda is een middenklasse auto die van 1946 tot 1958 door de GAZ-fabriek geproduceerd werd.
Op 9 mei 1945 presenteerde een groepje Sovjet ingenieurs de GAZ M20, die de veelbetekenende naam Pobeda (Russisch: победа, overwinning) kreeg. De naam stond symbolisch voor een auto die model moest staan voor de naoorlogse tijden. De vormgeving (ontwerper V. Samoljov) van de Pobeda had een modern pontonontwerp en was bewust afgeleid van de modellen van General Motors en Ford uit die tijd. Zo had het de monocoque-carrosserie en de voorwielophanging die sterk geleek op die van de Opel Kapitän van 1938.
Bestel hier het boek
Foto
​Ilmar Taska werd geboren in Siberië waar zijn familie naartoe verbannen was. Hij groeide op in Estland en studeerde aan de filmacademie in Moskou (Moscow Film Institute). Hij is internationaal actief als filmmaker, -producent scriptschrijver, zowel in Europa als in de VS. In 1993 richtte hij de eerste commerciële tv-zender in Estland op.
Zijn debuut in de literaire wereld maakte hij in 2011 met de autobiografische novelle Beter dan het leven. Voor zijn korte verhalen won Ilmar Taska literaire prijzen.  Een van zijn verhalen kreeg de prijs voor Best European Fiction 2016. Zijn roman Pobeda 1946 verscheen in 2014 in Estland en werd genomineerd voor diverse prijzen, waaronder the Human Rights Book Award in Wenen, Oostenrijk en The Dublin International Literary Award in Ierland.
De publicatierechten zijn inmiddels in tien talen verkocht. 

Vertalingen 

Pobeda 1946 is in de volgende landen gepubliceerd:
​Duits (Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland) Engels (Amerika, Canada, Australië) Finland, Denemarken, Zweden, Letland, Litouwen, Hongarije en Bulgarije.
Binnenkort komen daar nog een Arabische en Mari (Tsjeremissisch) versie van het boek bij. 
Foto



​Uitgeverij Nobelman Officiële Website
Copyright © Nobelman.nl 2011-2024,
​All rights reserved. 
Website is NOT responsible for any external link on the website
Powered by: Uitgeverij Nobelman
Distributie / Contact us 

​Links
www.brand-communications.nl
www.granturismomagazine.nl
www.kunstkrant.nl
www.nobelman.nl
www.aviazine.nl
www.stadmagazine.nl
​www.aopamagazine.nl

Contact
Uitgeverij Nobelman
Hoofdvestiging:
Emdenweg 3
9723 TA Groningen

e-mail : [email protected]
tel:   06 50831893 ​